Wielrennen. Bookzine.
Nieuw product
DE MUUR 66. WERELDKAMPIOEN ?
Verzendwijze: TNT Brievenbuspost (Porto-Verzendkosten 2,-- euro bij prijs inbegrepen). Afgehaald 14,95
John Kroon, Peter Ouwerkerk, Mart Smeets, Bert Wagendorp en div. andere auteurs .
17 x 24 cm. Paperback.
160 Pag. Geïllustreerd.
Dit product is niet meer op voorraad
Beschikbaarheidsdatum:
Goeie zin, in dat interview van Hans Vandeweghe met Mathieu van der Poel, vorig jaar in De Morgen. MvdP, inmiddels een merk, nadere duiding overbodig – nuchter ALS altijd: ‘Mijn talent? Dat heb ik gewoon. Daar sta ik verder niet bij stil.’ Zonder vooropgezet plan is dit herfstnummer van De Muur een zoektocht naar het fenomeen ‘talent’ geworden. Eén conclusie bij voorbaat: talent, daar word je mee geboren. Conclusie achteraf: talent pakt bij de een goed uit en bij de ander niet.
Oorzaak? Tja.
Bij de een is het eigen verdienste, bij de ander eigen schuld en een derde kan er niets aan doen. De laatste groep is verreweg het grootst. Talent hebben we allemaal en je kunt het ontwikkelen of verwaarlozen, maar wielrennen blijft vooral Op Hoop Van Zeges.
Jan Janssen had meer aanleg dan talent (zoek het verschil), maar haalde het maximale door wilskracht en slimmigheid. Janssen leek de Vuelta 1967 nooit meer te gaan winnen, maar zijn ploegmaat Jean Pierre Ducasse had zelfs aan acht minuten voorsprong op kopman Jan niet genoeg. Bart Jungmann over het tragische lot van JP Ducasse.
Jetse Bol won 3 keer Olympia’s Tour, leek een talent, maar leeft nu in Spaanse dienst van een minimumloon – een aantrekkelijke longread van Nando Boers. Waarin verschillen de talenten van Jakobsen & Van den Berg van elkaar: deel II in het drieluik van Menno Haanstra.
Waarom is de wordingsgeschiedenis van MvdP zo anders dan gebruikelijk – Frank Heinen zoekt naar het wezen van het fenomeen en komt er op zijn minst dichtbij. En Wiep Idzenga laat zien hoe talent niet altijd leidt tot resultaat, ook al heet je dan ook Kees Haast.
Naast het begrip talent bestaat ook nog het fenomeen correctie. Je hebt talent, maar de uitslag is niet zoals je had gehoopt. Je wordt geschrapt. Rolf Bos vond een klassiek voorbeeld van een gecorrigeerde olympische medaille bij een renner uit Dirksland, Aad van den Hoek. Joost-Jan Kool zet filosofische vraagtekens bij de zin en onzin van herroepen uitslagen, zoals recentelijk die van de Vuelta 2011, die Bauke Mollema alsnog op het podium bracht.
Verder in deze Muur: onze geliefde huisdichter Willie Verhegghe, Peter Ouwerkerk die laat zien hoe ook in het wielrennen alles met alles samenhangt en Bert Wagendorp die beschrijft hoe een zeefdruk van Tony Romingers aanval op het werelduurrecord in 1994, van kunstenaar Tom Küsters, via Wagendorps roman Ventoux alsnog de renner bereikte. Lees ook waarom Mieke Havik niet zo’n legende werd als Eugène Christophe, beiden toch eerste geletruidragers (met bijbehorende podcast van Benjamin de Bruijn).
Sta stil bij het noodlot dat talenten in de kiem kan smoren én kan binden. En hoe honderd jaar geschiedenis van het Duitse wielrennen bijna in de shredder verdween, tot Erik Brouwer de schat ontdekte.
Geen klantenbeoordelingen op het moment.